Heggen
Heggen verbinden het landschap en ze voorzien veel planten en dieren van voedsel en bescherming. Voor de uitvinding van het prikkeldraad stond ons land vol met heggen.
Heggen werden vroeger als veekering, wendscherm of privacy bewaker gebruikt. Daarnaast hebben ze een recreatieve, landschapelijke en ecologische waarde. Door afwisseling van verschillende struiken in de haag, wordt de diversiteit vergroot, biedt het schuil en voedsel mogelijkheden voor zowel insecten als het wild.

Onbekend, maar bij ons weer terug te vinden zijn de kruisbessen, die ook voedsel geeft aan ons als mens.
Door voor de langste dag van het jaar deze heggen te knippen, zijn de stekels nog niet houtig, waardoor ze geen schade kunnen aanrichten aan poten.

Deze permanente begroeiing zorgt ervoor dat insecten een schuilplaats hebben in gewas loze periodes en dar kunnen overwinteren.

Heggen werden vroeger als veekering, wendscherm of privacy bewaker gebruikt. Daarnaast hebben ze een recreatieve, landschapelijke en ecologische waarde. Door afwisseling van verschillende struiken in de haag, wordt de diversiteit vergroot, biedt het schuil en voedsel mogelijkheden voor zowel insecten als het wild. Onbekend, maar bij ons weer terug te vinden zijn de kruisbessen, die ook voedsel geeft aan ons als mens.
Door voor de langste dag van het jaar deze heggen te knippen, zijn de stekels nog niet houtig, waardoor ze geen schade kunnen aanrichten aan poten.

 

Meidoornheg
De meidoorn heg, dient van oudsher, als veekering, toen er nog geen prikkeldraad, laat staan stroomdraad bestond. De heggen trekken insecten aan, biedt voer, schuilplaats voor het natuurlijk, inheemse wild.
De Welsumer kippen houden de heggen vrij van onkruid.

Beukenhaag
De streekeigen beukenhaag is aangeplant als haag om het erf en tuin. beschutting tegen de wind en het wild en....hopelijk tegen de kippen.

Heggen werden vroeger als veekering, wendscherm of privacy bewaker gebruikt. Daarnaast hebben ze een recreatieve, landschapelijke en ecologische waarde. Door afwisseling van verschillende struiken in de haag, wordt de diversiteit vergroot, biedt het schuil en voedsel mogelijkheden voor zowel insecten als het wild. Onbekend, maar bij ons weer terug te vinden zijn de kruisbessen, die ook voedsel geeft aan ons als mens.
Door voor de langste dag van het jaar deze heggen te knippen, zijn de stekels nog niet houtig, waardoor ze geen schade kunnen aanrichten aan poten.

Haagbeuk

Deze boom heeft opvallend geelgroene bloemen. Hij groeit op voedselrijke, vochtige gronden. Daarnaast
is hij droogtegevoelig. Hij
verdraagt veel schaduw en is matig gevoelig voor wind. Hoewel de haagbeuk langzaam groeit, heeft hij
veel concurrentiekracht. Alleen op schrale groeiplaatsen is hij te gebruiken als struik. Op betere gronden
ontwikkelt de haagbeuk zich tot boom. Als waardplant is de haagbeuk geliefd bij de meikever, die zich
voedt met bladeren en bloesem. Door voor de langste dag van het jaar deze heggen te knippen, zijn de stekels nog niet houtig, waardoor ze geen schade kunnen aanrichten aan poten.

Meidoorn

De meidoorn groeit in het volle licht uit tot een stevige struik met één of meer stammen. Je ziet hem
vanouds langs perceelgrenzen, beken en bosranden. Hij doet het goed op zwaardere gronden, maar is
minder bestand tegen arme grond en hoog grondwater. Hij verdraagt enige schaduw en is goed bestand
tegen wind. Het is een langzame groeier met matige concurrentiekracht. De meidoorn heeft doorns en is
daardoor goed beschermd tegen grote grazers en is geschikt voor veekerende heggen. Hij biedt ook
nestel- en schuilgelegenheid aan vogels en knaagdieren. De meidoorn trekt diverse insecten en
insectenetende vogels aan. Het meidoornhout is geschikt voor houtsnijwerk. Van de bessen kan jam
gemaakt worden.

sterk geurende bloemen. Goede schuilplaats voor vogels en
knaagdieren.
De jonge aprilblaadjes van de meidoorn zijn goed eetbaar als
groente en hebben een nootachtige smaak. De rode vruchten kun je
zowel rauw als gekookt eten. Ze smaken zoet en licht sappig. Ook
zijn de vruchten goed te gebruiken in desserts.
In fruitteeltgebieden is de meidoorn minder geliefd.
Meidoornstruiken zijn waardplanten voor bacterievuur. Dat is een
gevreesde ziekte voor met name perenbomen. De kenmerken van
de ziekte zijn het bruinzwart verkleuren, verdorren en
verschrompelen van bloesems, bladeren en twijgen.sterk geurende bloemen. Goede schuilplaats voor vogels en
knaagdieren.
De jonge aprilblaadjes van de meidoorn zijn goed eetbaar als
groente en hebben een nootachtige smaak. De rode vruchten kun je
zowel rauw als gekookt eten. Ze smaken zoet en licht sappig. Ook
zijn de vruchten goed te gebruiken in desserts.
In fruitteeltgebieden is de meidoorn minder geliefd.
Meidoornstruiken zijn waardplanten voor bacterievuur. Dat is een
gevreesde ziekte voor met name perenbomen. De kenmerken van
de ziekte zijn het bruinzwart verkleuren, verdorren en
verschrompelen van bloesems, bladeren en twijgen.

Winterlinde

Dit is waarschijnlijk de enige streekeigen linde met brede, ronde tot eivormige kroon en omlaag buigende
takken. Voor optimale groei moet de bodem diep open zijn. Deze linde doet het goed op rijke,
vochthoudende lemige zandgronden. Hij groeit slecht op arme, droge of zware natte bodems. De boom
verdraagt erg veel schaduw en is goed bestand tegen de wind. Het is een climaxsoort; een vrij snelle
groeier. Aan de stamvoet vormt vaak veel opslag.
De linde laat zich gemakkelijk in een bepaalde vorm snoeien (knot- en leilinden). Het hout rot echter snel
in. Door een uitgebreid en diep wortelstelsel staan de bomen op goed doorwortelbare plaatsen stevig in
de grond.

De bloemen werden vroeger gedroogd en als geneesmiddel gebruikt
(lindebloesemthee). Belangrijke drachtplant voor honingbijen.
Omdat nectarvorming wordt bepaald door de avondtemperatuur en
de luchtvochtigheid, varieert de dracht per jaar.

Vuilboom - Sporkehout

Sporkehout komt in vele delen van Europa voor in vochtige bossen en venen. De boom draagt tegelijk
bloemen en bessen. Door zijn lange bloeiperiode van april tot september is hij belangrijk voor
honingzoekende bijen. Naast bijen trekt de Sporkehout ook vogels en (nacht) vlinders aan. De boom is
een waardplant voor de rups van de citroenvlinder.
De bloemen zijn klein en romig witgroen. De ronde bessen rijpen ongelijkmatig aan de struik. Zo kan een
deel van de bessen nog groen zijn, terwijl een ander deel halfrijp lichtrood en en tegelijkertijd rijpe
bessen die zwart van kleur zijn.

De gedroogde bast van de Sprokehout veroorzaakt braken en werd
vroeger als laxeermiddel gebruikt. Aan deze eigenschap dankt de
boom zijn tweede Nederlandse naam, de ‘Vuilboom’. De bessen zijn
giftig. Het buigzame hout gebruikte men in de negentiende eeuw
voor lemen vakwerkwanden met ‘vitselstek’: het vlechtwerk dat met
leem en strohaksel werd aangesmeerd.